Als het aan Dirk Kuyt ligt dan moeten de Nederlandse clubs investeren in het opleiden van talentvolle spelers, dat schrijft Kuyt in zijn column in De Telegraaf. Volgens de Katwijker is de structuur in Nederland voldoende om goede spelers op te leiden, vooral omdat het ook in de toekomst een feit blijft dat Nederlandse club financieel gezien niet opgewassen zullen zijn tegen de grote Europese clubs.
Kuyt: "Maar waar ze in het Midden-Oosten olie hebben, bezitten wij dus de gave van opleiden. De manier waarop wij talenten ontwikkelen, hoe we voetballertjes van vijf jaar al bij een club laten spelen en op alle vlakken doorselecteren in het Nederlandse voetbal, is uniek."
"Voor jeugdspelers worden nationaal al vergoedingen betaald en ik denk dat de waarde van jeugdspelers in de toekomst, ook naar het buitenland toe, nog groter wordt. In dat kader ben ik trots dat ik een héél klein onderdeel heb mogen zijn bij het debuut van Orkun Kökcü. En ik zeg met klem dat ik de minste bijdrage heb gehad van alle jeugdtrainers, zoals Cor Adriaanse en anderen die voorheen met hem hebben gewerkt. Die coaches in de Academy hebben ontzettend goed werk gedaan."
Volgens Kuyt is de keuze van Feyenoord-coach Giovanni van Bronckhorst van grote invloed geweest op de snelle ontwikkeling van jeugdige spelers bij Feyenoord 1, door aan het begin van het seizoen drie jonge, talentvolle spelers vast bij de selectie te houden. Lutsharel Geertruida, Wouter Burger en Kökcü.
"Ze trainen dagelijks bij het eerste elftal en spelen dan hun meeste wedstrijden bij ons. Maar wat zo belangrijk is, is de ervaring die ze opdoen bij het eerste elftal. Als jeugdtrainers kunnen wij dingen meegeven en dingen ontwikkelen, maar deze spelers moeten zichzelf ontwikkelen. Daarbij kan je niet genoeg ervaring om je heen hebben."
