Zwagerman schrijft dat bij sc Heerenveen de speelstijl al duidelijk was: “Onder Van Persie behoorde sc Heerenveen wat betreft hoge balveroveringen tot de (sub)top van de Eredivisie en bouwde het na de traditionele topclubs het meeste via korte passes op.” Maar de andere kant van de medaille is dat sc Heerenveen na Sparta Rotterdam en RKC Waalwijk het minst vaak de nul hield.
Bij zijn overgang naar Feyenoord, kwam Van Persie in een ploeg die gehavend was. De trainer besloot eerst de nadruk te leggen op de verdediging. Eigenlijk wil Van Persie minimaal 60 procent balbezit, maar gemiddeld hebben de Rotterdammers maar 50 procent balbezit onder de nieuwe trainer. Nu de ziekenboeg langzaam leegstroomt, kan Van Persie ook zijn middenveld gaan perfectioneren. Het lijkt alsof Van Persie kiest om druk te zetten met de spits en de aanvallende middenvelder, dan zijn er snel veel mensen voorin. Het nadeel is dat er achterin ruimtes worden weggegeven.
Laag blok
Als Feyenoord dan moet verdedigen, dan lijkt het meer op een 4-4-2. In dat zogenaamde ‘lage blok’ zijn de afstanden klein en te overzien. Van Persie kiest dus voor meer structuur en houvast dan bij Heerenveen. Journalist Zwagerman ziet vandaag dan ook als meetmoment, hoe Feyenoord zich houdt tegen een zeer sterke tegenstander.
