Marino Pušić kreeg afgelopen week De Gouden Mossel uitgereikt, samen met de rest van de staf van Feyenoord. De heren kregen deze prijs omdat zij veel voor de stad Rotterdam hebben betekend. Pušić was even terug uit Oekraïne en ging in gesprek met Rijnmond over de afgelopen periode. Het artikel is te lezen op de website van Rijmond.
Eind oktober ging Marino Pušić naar Shakhtar Donetsk om daar hoofdtrainer te worden. Pušić, rechterhand en steun en toeverlaat van Arne Slot, kon het zelf gaan proberen bij een club die ook Champions League speelde. Pušić vindt het geweldig om weer even terug te zijn, als hem gevraagd wordt hoe hij het vindt. Het is voor de goedlachse maar fanatieke trainer moeilijk om een hoogtepunt te noemen: ‘Uiteraard is het kampioenschap een ultieme prijs, maar we hebben zoveel mooie momenten meegemaakt. Die kun je niet onderscheiden. Bij Feyenoord is bijna elke dag een bijzonder moment.’
Eerder al vertelde Pušić over de lastige omstandigheden waaronder hij met zijn club moet werken. Samen met de staf doen zijn er alles aan om het de jongens zo makkelijk mogelijk te maken. Toch is het confronterend, elke wedstrijd start bijvoorbeeld met één minuut stilte. Door al het reizen kan de trainer niet alles van zijn oude club zien, toch mist hij Feyenoord. Niet alleen Feyenoord maar ook zijn vriend Arne Slot, want hun band gaat veel verder dan alleen voetbal: ‘We hebben een ander karakter, maar vullen elkaar daarin aan. We hebben dezelfde voetbalvisie, dat is altijd prettig.’
De oud-assistent looft Slot als het gaat om zijn sociale karakter, hard werkende houding en ambitieuze inborst. Pušić vindt dat Slot een buitengewone prestatie heeft neergezet bij de Rotterdammers. Pušić denkt zelfs dat Slot misschien wel langer bij Feyenoord blijft. De Kroaat, geboren in Bosnië, denkt dat Slot nog niet klaar met zijn proces bij Feyenoord en dus ook nog niet uitgekeken is op deze mooie club.
