De RUR Lunchbreak van Recht uit Rotterdam is een programma op YouTube waarin Jan-Dirk Schouten met prominente Rotterdammers of andere prominenten uit de omgeving spreekt. In deze uitzending spreekt hij met René van der Gijp en de clubarts van Feyenoord, Casper van Eijck. Samen praten ze over de coronaanpak bij Feyenoord en het spelen zonder publiek.
Feyenoord en de rest van de clubs uit de Nederlandse eredivisie moeten dit jaar veel wedstrijden zonder publiek spelen. De hele ambiance is weggevallen en dat heeft invloed op het niveau van de wedstrijden. 'Spelers kunnen zich moeilijk motiveren en er is totaal geen sfeer meer', zo begint de clubarts. Van der Gijp beaamt dat: 'Normaal gesproken om je aan bij een wedstrijd. Je ziet de supporters bij het stadion komen. Het geluid van het publiek. Dan laad je, je op als speler. Dat is er nu niet. Natuurlijk heeft dat invloed.' Feyenoord haalt in thuiswedstrijden dit jaar niet de gewenste resultaten. Een gelijkspel tegen FC Twente en Sparta. Het valt niet uit te sluiten dat het spelen zonder publiek hiermee te maken heeft. Dat wil niet zeggen dat de supporters niet van zich laten horen. Voor de wedstrijd tegen CSKA Moskou kwamen de supporters met een geweldige actie. Van Eijck was onder de indruk: 'Onze supporters zijn waanzinnig. Ze stonden daar weer met 1000 man, allemaal vuurwerk. Niet iedereen zal het leuk vinden, maar het was geweldig.'
Waar veel andere clubs coronabesmettingen hebben valt het bij Feyenoord heel erg mee. De club heeft bijna geen besmettingen. 'We hebben een extra viroloog erbij. De spelers weten precies wat ze moeten doen. Dat doen ze erg goed. Ons motto is dat testen geen besmettingen voorkomt en daar houden wij ons aan vast.' De clubarts was bezig met een onderzoek of er besmettingen in de buitenlucht plaatsvinden. Vanwege de aanscherping van de Coronamaatregelen moest dit onderzoek helaas worden stopgezet. 'Helaas, maar gezien het aantal besmettingen wel logisch. Hopelijk mogen er snel weer supporters bij de wedstrijden zijn. Dan kunnen we verder', aldus Casper van Eijck.
