Feyenoord haalde op een bijzondere wijze Uroš Spajić bij de selectie. Technisch directeur Frank Arnesen deed simpelweg een uitvraag inclusief maximum loon. FK Krasnodar moest nog één niet-Russische speler kwijt en een deal was geboren. Tegen Willem II moest de Serviër noodgedwongen direct 90 minuten spelen, zijn eerste wedstrijd in 10 maanden. Spajić bleef daarin moeiteloos overeind.
Mikos Gouka van het Algemeen Dagblad interviewde de verdediger, die het eigenlijk vooral liever niet over zichzelf heeft. De Serviër komt in ieder geval één bekende tegen in de eredivisie, Dusan Tadic: "Ik ken de rivaliteit tussen Feyenoord en Ajax. Een beetje zoals Rode Ster Belgrado en Partizan Belgrado. Tadic is mijn vriend, maar straks als we in januari tegen elkaar spelen niet." De stopper speelde bij Krasnodar lange tijd met pijn, tot zijn club verloor van Getafe. Een operatie volgde en zo zag Spajić, destijds één van de aanvoerders, een basisplaats na zijn herstel mede door corona uit het zicht verdwijnen.
Aan ambitie geen gebrek bij de voormalig international. De speler won advies in bij Tonny Vilhena en kan niet wachten tot de stadions weer vol stromen. "Hier kun je om de prijzen spelen. Hier zit het stadion vol als straks iedereen weer naar het voetballen mag. Ik ben kampioen geworden met Anderlecht, ik wil die periode weer herbeleven bij deze club." Het imago van kaartenpakker heeft Spajic naar eigen zeggen achter zich gelaten. De verdediger is inmiddels 27 en wordt daarom geacht juist rust te brengen. "Ik ben ervaren, weet wat ik doe op het veld. Ik ben hier om te verdedigen. Dat lukte tegen Willem II, daar gaven we niets weg, maar we zijn pas net begonnen."
